Laat ik beginnen met uitleggen hoe onze tuin eruit ziet. We hebben niet alleen een voortuin en een achtertuin, maar ook een achter-achtertuin. Lang geleden kocht een oud-bewoner van ons jaren ‘30 huisje, een stukje grond van een buurman die wat centen nodig had. 5.000 gulden betaalde hij ervoor. Hij maakte er een grote moestuin van, waar allerlei lekkers in moet hebben gestaan.
Kletsnat
Om eerlijk te zijn, kan ik me daar een paar decennia later geen voorstelling meer bij maken. Dat deel van onze tuin is nu veel te nat om iets eetbaars op te laten groeien. Zo nat zelfs dat er zeker de helft van het jaar flinke plassen staan. Kikkers en kleine hagedisjes hebben hun weg gevonden naar onze achter-achtertuin. En al vind ik dat best leuk, het is wel ontzettend jammer om een stuk grasveld te hebben waar onmogelijk door de kinderen op gevoetbald kan worden. Dat zou meer op waterpolo gaan lijken.
Dicht betegeld
Hoe komt het nu toch dat zo nat is? Ga in onze tuin staan, kijk even om je heen en je ziet het antwoord. Aan alle kanten is alles dicht betegeld. Rechts is een groot garagepark met boxen aangelegd. Links parkeren mensen hun auto op een verhoogde parkeerplaats. Achter ons staan nog meer garages. Het water dat op al die plekken belandt, gaat zo het riool in. Bij veel regen kan dat voor wateroverlast en overstromingen zorgen. Het riool raakt gewoon te vol. Natuur hoort regenwater op te vangen. In de grond kan het wegzakken, niet in tegels. Een deel van de regen die om ons heen valt, stroomt dus onze tuin in. Niet gek dat het zo nat is. Helaas kan ik niemand dwingen om zijn leefomgeving te vergroenen. Ik kan alleen iets doen aan wat van ons is.
Een natuurlijke manier
Dus lieten we een hovenier komen. Hij kwam met tig ideeën. Gaten maken in de bodem, de boel verhogen, grind gebruiken als afwatering, een pomp die het water naar de put zou brengen. Niet alleen zouden de kosten gigantisch zijn, ook de hele tuin moest daarvoor open. Mijn man vroeg: “Kan het niet op een natuurlijke manier? Kunnen we ons stukje groen niet meer in balans brengen? De natuur het zoveel mogelijk zelf op laten lossen.” Daarop kwam de hovenier met een voorstel voor een natuurlijke vijver op het laagste punt van de tuin. Het zou de rest niet volledig droogleggen maar voetballen met laarzen aan zou daarna moeten lukken. Dat was goed genoeg voor ons.
Potje voetbal
Een paar maanden later is de klus geklaard. Aan het einde van onze tweede achtertuin ligt een vijver, die de ene keer voller staat dan de andere keer. Veel regen? Dan komt het water bijna tot de rand. Weinig regen? Dan staat er niet meer dan een flinke laag. Precies zoals de bedoeling was. Rondom de wadi staan planten die van water houden. Denk aan bamboe, riet en een berkenboompje. Ook die zullen water op gaan nemen. We merken nu al dat de rest van de tuin droger is. Het eerste potje voetbal is gespeeld, al is het dan nog in laarzen.