Laatste update: maandag 26 augustus 2024
Het is al een tijd bekend dat de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) voor zzp'ers eraan komt. Er komt steeds meer duidelijkheid over hoe de regeling eruit gaat zien. Wat houdt deze Basisverzekering Arbeidsongeschiktheid Zelfstandigen (BAZ) tot dusver in en wat betekent dat voor jou? We zetten hier alles voor je op een rij.
We updaten dit artikel steeds als er meer bekend wordt gemaakt, kom dus hier terug als je op de hoogte wilt blijven.
Het aantal ondernemers en zzp’ers blijft groeien. Toch heeft een groot deel van deze groep geen financieel vangnet bij arbeidsongeschiktheid. Het kabinet voert daarom de verplichte AOV in: om te garanderen dat elke ondernemer een financieel vangnet heeft in geval van ziekte of een ongeval. Daarnaast wil het kabinet met de regeling voorkomen dat de financiële risico's van arbeidsongeschiktheid worden afgeschoven op de samenleving en publieke middelen.
De verplichte AOV gaat gelden voor alle ondernemers die winst uit de onderneming moeten opgeven voor hun aangifte inkomstenbelasting, ook wel IB-ondernemers genoemd. Dat laatste betekent alle ondernemers die door de Belastingdienst worden gezien als 'ondernemer voor de inkomstenbelasting'. Meewerkende echtgenoten, directeur-grootaandeelhouders en diegene die 'resultaat uit overige werkzaamheden' hebben (ook wel 'resultaatgenieters' genoemd) vallen niet onder de regeling.
De premie voor de verplichte AOV bedraagt ongeveer 6,5% van het inkomen tot de maximale premiegrondslag. De maximale premiegrondslag is 142,68% van het wettelijk minimumloon. Dat betekent dat de maximale premie uit kan komen op ongeveer € 195 per maand. De premie is fiscaal aftrekbaar.
Voor ondernemers die al een AOV hebben is er een overgangsregeling: zij kunnen zich blijven verzekeren via een verzekeraar mits de bestaande verzekering aan een aantal voorwaarden voldoet. Zo mag de eindleeftijd niet lager zijn dan 55 jaar, mag de wachttijd maximaal 52 weken zijn en mag er geen sprake zijn van beperkte uitkeringstermijnen (dus bijvoorbeeld een uitkering van maximaal 2 of 5 jaar).
Ja, dat kan en valt onder de opt-out regeling. Ook dan moet de verzekering aan bepaalde eisen voldoen. Zo moet er onder meer minimaal sprake zijn van een gelijke dekking, moet de verzekering tot de AOW-leeftijd lopen en mag de verzekering niet goedkoper zijn dan de verplichte variant.
Heb je na invoering van de wet de verplichte verzekering afgesloten via UWV, dan zit je daar overigens niet voor altijd aan vast. Je mag na een jaar alsnog kiezen voor een AOV bij een verzekeraar en andersom.
1. Je hebt een financieel vangnet
Het is een goed idee om je nu te verzekeren, want daarmee ben je ook beschermd tegen de financiële gevolgen van arbeidsongeschiktheid tót de invoering van de verplichte AOV. Mocht er tot die tijd iets gebeuren, dan kun jij je vaste lasten blijven betalen. En dat zorgt voor rust.
2. Je hebt keuzevrijheid
Als je nu een AOV afsluit bij een verzekeraar heb je nog de vrijheid deze volledig aan jouw situatie en wensen aan te passen. De voorwaarden voor de verplichte AOV zijn straks voor iedereen hetzelfde. Nu kun je onder meer nog zelf kiezen voor een kortere eigen risicotermijn van bijvoorbeeld 2 maanden en een hoger verzekerd bedrag dan het wettelijk minimumloon. Met een AOV van een verzekeraar heb je dus de mogelijkheid een ruimere dekking af te sluiten dan met de verplichte variant van de overheid.
3. Verzeker je voor beroepsarbeidsongeschiktheid
De verzekering vanuit de overheid kijkt bij arbeidsongeschiktheid of je nog in staat bent het minimumloon te verdienen met algemeen geaccepteerde arbeid. Het kan dus zo zijn dat je bij arbeidsongeschiktheid jouw eigen beroep niet meer kunt uitvoeren, maar wel inzetbaar bent in een ander beroep met minder fysieke belasting. De wet houdt hierbij geen rekening met je opleidingsniveau, werkervaring of persoonlijke voorkeuren. Als je met dat andere beroep het minimumloon kunt verdienen, kom je volgens de BAZ niet in aanmerking voor een uitkering.
Als je een AOV afsluit bij een verzekeraar dan kun je je verzekeren voor beroepsarbeidsongeschiktheid. Dan wordt er bij arbeidsongeschiktheid alleen gekeken of je jouw eigen beroep nog kunt uitvoeren. Is dat niet zo, dan ontvang je een uitkering. Je hoeft dan geen ander werk aan te nemen.
4. Hulp bij het voorkomen van arbeidsongeschiktheid
Veel verzekeraars helpen ondernemers met een AOV met het voorkomen van arbeidsongeschiktheid. Met onder meer preventieve gezondheidschecks, coaching door ondernemerscoaches of maatwerkoplossingen helpt a.s.r. klanten bijvoorbeeld om te kunnen doorgaan met ondernemen.
5. Geen last van wachttijden
Als de wet wordt aangenomen zullen veel zzp'ers een AOV willen gaan regelen. Dat kan leiden tot drukte bij verzekeraars en daarmee ook lange wachttijden. Sluit je nu een AOV af, dan heb je daar minder tot geen last van.
Voormalig minister Van Gennip bracht het wetsvoorstel 11 juni in voor internetconsultatie, deze is inmiddels gesloten. Het is nu aan het huidige kabinet om de vervolgstappen te bepalen. De verwachting is dat het definitieve voorstel later dit jaar wordt aangeboden aan de Tweede Kamer en in 2025 wordt gepubliceerd als aangenomen wetsvoorstel. Daarna is er tijd nodig om de wet te implementeren. Op dit moment is de verwachting dat de wet niet eerder dan 2027 pas echt van kracht gaat. Tot die tijd zijn ondernemers zonder AOV dus nog niet automatisch verzekerd.