Renee is eruit. Ze heeft erover nagedacht en weet wat ze wil. Tenminste, als het gaat over de keuze voor een vast of variabel pensioen. Ze gaat voor een variabel pensioen. Het idee dat ze straks tot haar dood één vast pensioenbedrag ontvangt, vindt ze niet verstandig. Kijk nu eens naar de prijsontwikkelingen, de boodschappen, de energieprijzen, alles wordt duurder. En zolang ze leeft, is er al inflatie. Met de keus voor een variabel pensioen wordt haar kapitaal ook ná pensioneren belegd. Natuurlijk er is altijd risico dat de waarde van de pensioenbeleggingen daalt. Maar ze vertrouwt er ook op dat er verstandig voor haar wordt belegd. En dat ze rekening houden met haar leeftijd.
Bij a.s.r. stellen we de hoogte van het pensioenbedrag ieder jaar opnieuw vast. We houden rekening met de waarde van de beleggingen op dat moment. Ook de marktrente en de gemiddelde levensverwachting worden meegenomen. Sterke schommelingen in een pensioen worden gespreid over 3 jaar. Dus als de beleggingen een keer fors dalen of stijgen, dan wordt het pensioenbedrag van Renee niet ineens heel anders. En als ze lang gezond blijft, dan bouwen we vanaf haar 87e de beleggingen stapsgewijs af. Het pensioen van Renee wordt in 10 jaar dus langzaam omgezet naar een vast pensioenbedrag.
Nee, dat variabele pensioen zit wel goed, denkt Renee. Het is iets anders waar ze nu over nadenkt: ze kan bij het variabel pensioen ook nog kiezen of ze in de eerste jaren een hoger maandbedrag wil ontvangen. Of dat ze juist een beetje voorzichtig wil beginnen. In dat laatste geval is de kans groter dat het maandelijks pensioen in de loop der jaren blijft meegroeien met de prijzen. Maar ja, ze heeft al plannen gemaakt voor haar eerste pensioenjaren. En die plannen kosten bij Renee vaak geld. Als ze oud is kan ze met wat minder toe. Dus waarom niet kiezen voor een hoger aanvangsbedrag? Renee kauwt er nog even op.