Het hefboom- en inteereffect kan optreden als je een beleggingsverzekering hebt met een vaste uitkering bij overlijden:
Heb je een beleggingsverzekering met een vaste overlijdensrisicodekking? Dan keren we een vast bedrag uit als de verzekerde voor de einddatum van je verzekering komt te overlijden. Hiervoor betaal je een overlijdensrisicopremie. De risicopremie wordt betaald vanuit je inleg. De rest van je inleg wordt gebruikt om te beleggen. De hoogte van de overlijdensrisicopremie staat niet vast en hangt onder andere af van de waardeontwikkeling van je beleggingen. Hoe hoger de benodigde aanvulling, hoe hoger de overlijdensrisicopremie. Dit leggen wij uit aan de hand van de figuur hieronder.
Situatie 1: Is de waarde van je beleggingen door tegenvallende beleggingsresultaten afgenomen? Dan is het verschil tussen het vaste bedrag bij overlijden en de waarde van je beleggingen groter geworden. Je betaalt dan meer overlijdensrisicopremie. Hierdoor blijft er minder inleg over om te beleggen. Dit is ongunstig voor de waardeontwikkeling van je beleggingsverzekering.
Situatie 2: Is de waarde van je beleggingen door gunstige beleggingsresultaten meer waard geworden? Dan is het verschil tussen het vaste bedrag bij overlijden en de waarde van je beleggingen kleiner geworden. Je betaalt dan minder overlijdensrisicopremie. Hierdoor blijft er meer inleg over om te beleggen. Dit is gunstig voor de waardeontwikkeling van je beleggingsverzekering.
Dit noemen we het ‘hefboomeffect’. Het hefboomeffect kan dus gunstig of ongunstig zijn.
Let op: Het ‘hefboomeffect’ treedt alleen op als je een beleggingsverzekering hebt met een vaste uitkering bij overlijden én je beleggingsverzekering voorkomt op deze lijst.
Is het hefboomeffect ongunstig voor de waarde van je beleggingsverzekering? Dan treedt in zeer uitzonderlijke gevallen het inteereffect op. De risicopremie voor de uitkering bij overlijden is dan zo hoog dat er geen inleg meer over is om te beleggen. Je teert dan in op de waarde van je beleggingen.