Jan: “Wat heeft jouw tenniscarrière jou als mens gebracht?”
Raemon: “Dat je heel snel op jezelf bent aangewezen. Tuurlijk werk je veel samen met je coach, maar het is een individuele sport. Je moet het alleen uitvinden. Als je proftennisser wilt worden, dan moet dat gebeuren tussen je 16e en 30ste levensjaar. Ik moest discipline hebben in mijn trainingen, want je kan in de topsport maar weinig foutjes veroorloven. Ik heb daardoor geleerd om constant ‘aan’ te staan.”
Jan: “Is de topsport eenzaam?”
Raemon: “Ik kan dit alleen beoordelen vanuit het perspectief van een individuele sporter. Tennis is een sport waar je gemiddeld 35 weken per jaar in het buitenland zit. Ondanks dat ik goed met mijn collega’s in het buitenland en coach kon opschieten, is het nog steeds eenzaam. Je mist je vriendin, je ouders en je vrienden. Vooral ook omdat mijn idee van ‘houden van’, is om veel bij diegene te zijn. Als ik veel weg was, vond ik het lastig dat ik mijn liefde voor hen niet kon laten zien.”