De inflatie is het afgelopen kwartaal onveranderd laag gebleven. Dit geldt zeker voor Europa, waar de inflatie inmiddels drie maanden op rij stabiel gebleven is op -0,3% per jaar. De kerninflatie (exclusief sterk schommelende voedsel- en energieprijzen) is ook laag gebleven, maar met 0,2% per jaar nog wel net positief. In de Verenigde Staten is de inflatie in absolute zin nog altijd hoger dan in Europa (1,2% op jaarbasis), maar deze is de afgelopen maanden wel licht gedaald. Zelfs in China is er sprake van deflatie, -0,5% per jaar. Als gevolg van een uitbraak van varkenspest vorig jaar, was de inflatie in China begin dit jaar nog opgelopen. Nu deze varkenscrisis achter de rug is, is er naar verwachting een tijdelijk tegenovergesteld effect op de inflatie zichtbaar.
De lage inflatiedruk geeft centrale bankiers wereldwijd weinig aanleiding om op korte termijn al te denken aan het verhogen van de rente. Het meest aannemelijke scenario is dat centrale banken hun huidige beleid zullen voortzetten. Daarbij zal naar verwachting de nadruk meer blijven liggen op het voortzetten van de lopende opkoopprogramma’s van obligaties dan op eventuele verdere renteverlagingen.